Andrea

andrea 1


Ik ben Andrea en ben dertig jaar. Ik ben geboren in Perugia; mijn moeder was negentien, en omdat ze  voor me wou zorgen, stopte ze met haar studie. Twee jaar later ontdekte ze dat mijn vader haar bedroog en drugsverslaafd was. Ondanks dit alles was ik een sereen kind, en verbleef ik heel vaak bij mijn grootouders omdat mijn moeder werkte. Toen ik vijf was, ontmoette mijn moeder een andere man: om bij hem te zijn en weg van de problemen, verhuisden we naar Marseille, in Frankrijk.

Doordat ik nog klein was, begreep ik al die veranderingen niet, ik had geen referentiepunten en alles was nieuw, zowel voor mij als voor mijn moeder. Ik herinner me dat ik vaak huilde omdat ik terugwilde naar Italië.

Twee jaar later werd mijn zus geboren: alle aandacht ging naar haar, en ik voelde me eenzaam en verwaarloosd. Binnen in me voelde ik alsmaar meer de afwijzing van mijn vader doordat hij ons in de steek gelaten had, en dit leidde ertoe dat ik alsmaar onrustiger werd en meer leugens vertelde.

Ondanks deze innerlijke wereld van lijden, wist ik me op school geaccepteerd door iedereen. Wanneer de jongere zus van mijn moeder stierf ten gevolge van drugs, was ik pas tien. Ik was haar oudste neefje en ik hield enorm veel van haar. Door mijn grote gevoeligheid slaagde ik er niet in om haar dood te aanvaarden en begon ik te rebelleren in het gezin, ik maakte vaak ruzie met mijn moeder die ik verantwoordelijk stelde voor al mijn problemen.

Op mijn dertiende begon ik om te gaan met jongens die veel ouder waren dan mezelf, en zij lieten me voor het eerst kennismaken met alcohol, drugs ... Om me niet minder te voelen dan hen, maar integendeel, beter dan hen, begon ik te stelen en te dealen. Mijn verlangen naar onafhankelijkheid zorgde ervoor dat ik vaak moest veranderen van school en werk, want ik accepteerde geen enkele vorm van gezag.

Na een sterk emotionele teleurstelling begon ik met harddrugs: ik geloofde niet meer in de liefde. Verraadde iedereen die me vertrouwen gaf, werd gewelddadig en vals, en loog ook mezelf voor. Ik had problemen met de politie die mij arresteerde wegens dealen. Daarom besloot ik om terug te keren naar Italië, om "de bladzijde om te slaan." Mijn grootvader probeerde me te helpen door me intakegesprekken te laten doen in verschillende gemeenschappen, hoewel ik dat niet wou.

Diverse jaren later vond ik op een dag mijn vader terug, op straat, in zeer slechte staat. Door me te vergelijken met hem, realiseerde ik me dat wat ik in die jaren in valse vriendschappen en wereldse dingen had gezocht, datgene was dat ik van hem niet had gekregen: zijn liefde. Ik besefte dat ik een leven vol illusies leidde, verslaafd was aan drugs en vol angsten zat.

Denkend aan mijn tante in de hemel, riep ik tot God om hulp. Ik ging terug naar mijn moeder die ondertussen was bekeerd. Ze stelde me voor aan een priester die me de Cenacolo Gemeenschap aanwees als mijn enige hoop. Van bij de eerste gesprekken en door de “proefdagen” voelde ik dat ik mijn plaats had gevonden, mede door de glimlach van de andere jongens en de liefde van een oudere zuster, zuster Piera, die tegen mijn moeder zei: "Maak je geen zorgen, mama, je zoon zal het halen; jouw geloof heeft hem gered!”.

Ik ben naar de fraterniteit “Pastorelli di Fatima” - “De herdertjes van Fatima" gegaan in Pagno. Het eerste jaar was erg moeilijk, maar de steun van mijn “broers” gaf me de nodige kracht om door te gaan. Langzamerhand begon ik me beter te voelen. Mijn ogen openden zich en zo ontdekte ik de mooie dingen van het leven. De broers hebben me met hun vriendschap geleerd niet meer weg te lopen van de problemen die zich voordoen, maar me op mijn knieën te zetten voor het Heilig Sacrament van Jezus, en alles toe te vertrouwen aan God. Door onze priesters, in het sacrament van de biecht, heb ik de Barmhartigheid van de Heer en Zijn vergiffenis leren kennen.

Een jaar later werd ik getransfereerd naar Lourdes, Frankrijk, waar ik gedurende meer dan drie jaar heb gewoond, heel “dicht” bij Onze Lieve Vrouw. Op deze gezegende plaats vond ik door de verschillende dagelijkse taken, het leven in de fraterniteit en de liefde van Maria, eindelijk de betekenis van mijn leven. Ik realiseerde me dat ik, om gelukkig te zijn, mezelf moest geven aan anderen. Door “beschermengel” te zijn, terwijl ik andere jongeren hielp bij het terugvinden van een leven vol hoop en vreugde, leerde ook ik om mijn kruis elke dag te dragen met een glimlach. Aan de grot van Massabielle heb ik altijd vrede gevonden in tijden van strijd, liefde en troost van een goede Moeder die me liet voelen dat ik Haar geliefde kind was!

In de afgelopen jaren zijn er zo veel wonderen gebeurd: een van de grootste was de periode van “ervaring” (*) met mijn moeder, waarin we konden delen met elkaar over ons verleden. Het andere wonder was het ontvangen van een brief van mijn vader waarin hij me om vergeving vroeg. En later, de kans om samen met hem een ​​dag door te brengen in de Gemeenschap, hem die bijzondere “omhelzing van vergeving” (**) gevend die Moeder Elvira ons geleerd heeft.

Dankjewel Moeder Elvira voor uw Ja die mij opnieuw levensvreugde en zuivere verlangens heeft gegeven. Hier heb ik geleerd om het kruis, het lijden, te aanvaarden, en mijn leven en het leven van degenen die bij mij wonen, te omarmen. Andrea

(*) een periode van ervaring beleven met je vader, je moeder, je broer, zus, echtgenoot, echtgenote… dat houdt in dat één van hen een periode bij je komt doorbrengen, in de Gemeenschap komt meeleven, gedurende een week, twee weken, … en samen met jou het ritme en de taken van elke dag doormaakt, ondertussen de kans hebbend om tot diepe gesprekken te komen, en wonden te laten genezen uit het verleden.

(**) een omhelzing van 7 seconden, zoals Moeder Elvira ze noemt… een omhelzing waarbij je zonder woorden zoveel overbrugd, en uiteindelijk samen huilt en elkander vergeving kan schenken… (in je hart tel je tot 7…)